Een familie van het hoofd van een particuliere stoeterij zoekt dekking tijdens een burgeroorlog op een verlaten landgoed in de Oeral-steppe. Op een dag verschijnt een oude familievriend Victor, luitenant van de Witte Garde, op het landgoed en beweert dat hij uit actie wil komen en volgens de wetten van God wil leven. De oude man trouwt met zijn dochter en Victor, maar dat is het einde van de vrede in dit huis, rekening houdend met het feit dat de witte Kozakken dichterbij komen