Een vreemdeling trekt de stad uit en het bos in. Hij zet een kamp op voor de nacht. Hij hoort een diep gehuil, gluurt met zijn hoofd de tent uit en wordt aangevallen - waardoor hij bewusteloos raakt. Een anonieme man sleept zijn lichaam naar een huis waar de tijd op de een of andere manier heeft stilgestaan. De gewonde vreemdeling wordt wakker in een bed terwijl een vrouw hem verzorgt. Deze man en vrouw spelen een spel met deze vreemdeling, een spel dat hem naar de rand van waanzin duwt.