Een tienjarige jongen genaamd Max brengt de kerstvakantie met zijn gezin door in het huis van zijn grootmoeder in de bergen. Max is een buitenstaander die door zijn neven raar wordt genoemd. Mimi (de grootmoeder van Max) vertelt Max verhalen over trollen, elfjes en andere sprookjeswezens. De andere kinderen pesten Max omdat hij die verhalen gelooft. Op een dag is Max op het bevroren meer, maar het ijs breekt en Max valt in het ijskoude water. Hij wordt gered door... een trol... Ze worden vrienden. Maar ondertussen probeert de familie Mimi in een verpleeghuis te krijgen en haar huis in de bergen te verkopen.